De wederzijds kenbare belangen

Dit is waarschijnlijk de meest belangrijke omstandigheid. Er kan alleen rekening worden gehouden met een belang dat voor de andere partij kenbaar was. De parlementaire geschiedenis noemt als voorbeeld een gebruiker die afhankelijk is van zijn voorschakel (bijvoorbeeld een leverancier), welke omstandigheid ten tijde van het sluiten van de overeenkomst voor de wederpartij kenbaar was.

In het algemeen kan men zeggen dat de wederpartij er belang bij heeft dat de rechten die hij zonder het beding op grond van de wet zou hebben (mede gezien de aan de wet ten grondslag liggende beginselen) niet worden beperkt en dat het doel van de overeenkomst niet door een in algemene voorwaarden gegeven regeling in gevaar wordt gebracht.

De gebruiker kan belang hebben bij:

'rationalisering', d.w.z. de voorwaarden mogen worden gebruikt om productie, distributie etc. te vereenvoudigen.
het terugverdienen van een investering, wat bijv. bij bepaalde overeenkomsten een lange looptijd kan rechtvaardigen.
vrijheid in zijn 'strategie', bijv. het recht modellen te wijzigen.
het tijdig instellen van eisen tot schadevergoeding in plaats van deze pas na lange tijd in te stellen, wanneer bewijs moeilijk is te leveren.
het afwentelen op de wederpartij van een risico dat hij moeilijk kan beheersen, terwijl de wederpartij dit wel kan.
snelle afwikkeling van de overeenkomst.

In het kader van art. 6:233 onder a dienen de belangen van beide partijen tegen elkaar te worden afgewogen. Zie nader R.H.C. Jongeneel, Algemene vernietigingsgronden; de open norm, in:Wessels/Jongeneel/Hendrikse 2006, par. 7.4.